‘Zonder watertanks drinken we besmet water’
Klimaatverandering zorgden eind vorig jaar in het westen van Afrika voor overstromingen. Saleh Ali (32) verloor veel door de overstromingen en moest vluchten. Dankzij watertanks is er in ieder geval schoon drinkwater.
In het noordoosten van Nigeria brak begin september een dam door na extreme regenval. Vooral de stad Maiduguri, waar zo’n 1,2 miljoen mensen wonen, werd hard getroffen. Honderdduizenden mensen raakten hun huizen en bezittingen kwijt. Terwijl veel mensen al op de vlucht waren voor de terreur van Boko Haram.
Saleh Ali is veel verloren door het conflict en de overstromingen. Het dwong hem, zijn vrouw en kinderen naar Gubio-kamp te vluchten. Een overbevolkt vluchtelingenkamp met een groot tekort aan drinkwater. “Als de watertanks er niet waren geweest, zouden we besmet water drinken. Er zijn hier zoveel mensen, we hebben veel water nodig”, vertelt Saleh.
We hebben nu genoeg water om te drinken, te koken en onze kleren te wassen. Ik ben blij met de grote verbetering in de gezondheid van mijn gezin.
Saleh
Watertanks in vluchtelingenkampen
In Nigeria helpen we in drie vluchtelingenkampen. We zorgen voor drinkwater, bouwen noodlatrines en watertanks en delen zeep en hygiënekits uit aan gezinnen.
Dagelijks worden de watertanks bijgevuld met vrachtwagens. Het gaat om zeven wateropslagtanks van 5.000 liter elk. De inwoners krijgen 15 liter schoon water per persoon per dag, om alles mee te doen: drinken, eten maken, jezelf en je spullen schoonhouden. Nederlanders gebruiken per dag zeker acht keer zoveel water.
Onze hulp heeft een grote bijdrage geleverd aan het terugdringen van ziekten in de kampen, vooral de cholera-uitbraken. We helpen via de Dutch Relief Alliance in totaal 40.000 mensen met een bijdrage van 480.000 euro.
Volgens de internationale humanitaire standaarden heeft een gemiddeld persoon ongeveer 15 liter water per dag nodig: 2-6 liter voor basishygiëne, 3-6 liter om te koken, 3 liter water voor drinken en eten. Dit is een minimum om te kunnen overleven.